PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Pinocchio

zondag 10 september 2017De Munt Brussel

Pinocchio

Met Pinocchio opent de Munt opnieuw haar deuren nadat het langer dan voorzien buitenshuis moest spelen door de aanslepende renovatie van de schouwburg. De nieuwe zetels hebben hetzelfde model als de oude, en zitten iets steviger, het licht uit de kroonluchter is heel wat kouder omdat het ledlichtjes zijn die er nu in steken, maar daardoor komt het plafond wel weer beter tot haar recht. En er is airco en vanaf nu spelen de zangers ook op een vlak podium terwijl het oude nog een hellingsgraad van 4° had. Dat zijn de belangrijkste veranderingen aan de zaal. Voor de deur staat nu een (hopelijk tijdelijke) constructie waar de fouillering gebeurt net zoals dat aan het Muntpaleis aan Tour & Taxis het geval was. Met Pinocchio was de zondagmatinee helemaal uitverkocht. Fijn om zien, was dat er ook heel wat kinderen in de zaal zaten. Alleen is maar de vraag of zij beseffen dat het verhaal – dat toch wel wat gedateerd is – eigenlijk als hoofdreden heeft om jongeren onder de knoet te houden, en mooi te laten luisteren naar hun ouders. Dat is een aspect dat te vaak onderbelicht wordt omdat steeds de focus gelegd wordt op de deugd om niet te liegen maar waarachtig te zijn.

Het is ook in die zin dat de theaterdirecteur (gesproken en gezongen rol voor de Franse bariton Stéphane Degout) de toeschouwers welkom heet en ons halfweg de voorstelling de vraag stelt of mensen echt kunnen veranderen in het leven. “Kan een steen in een bloem veranderen of een bloem in een steen? Zal Pinocchio in staat zijn om elke ochtend op te staan en naar school te gaan?” Een toeschouwer antwoordt: “Neen.” Sterk is de start van de opera waarin de theaterdirecteur aantoont hoe het voor hem was om blind te zijn, waarbij het podiumlicht uitgaat en het publiek naar het donker zit te kijken. Hoewel, er is wel degelijk iets dat licht geeft. De dirigeerstok van de Belg Patrick Davin kleurt geel tijdens die scène. Op het einde – de zeemonsterscène – wordt het publiek op haar beurt verblind door fel blauwe ledlampen die pal in de ogen schijnen. Pinocchio duurt twee uur en dat is eigenlijk te lang voor zo’n verhaal. Componist Philippe Boesmans had perfect een gebaldere versie kunnen afleveren van twee keer 50 minuten met een pauze tussendoor. Dat zou de voorstelling alvast een veel betere flow geven want daar wringt het schoentje van deze productie. Haar spanningsboog zit niet goed.

Dat komt voornamelijk omdat beroep wordt gedaan op een verteller die constant de scène opkomt om een scènewissel, maar vooral ook kledingwissels (sommige zangers spelen verschillende rollen nvdr.) mogelijk te maken en het verhaal verder te vertellen. Daardoor voelt het geheel echter als te fragmentarisch aan. Het aantal keer dat een zwart doek opent en sluit is gewoon te hoog. Soms gebeurt dat zelfs voor scènes die wel erg kort duren. Daarnaast valt er niet zo gek veel te zien in het eerste anderhalf uur. Ja, die scène waarin Pinocchio’s neus wel érg lang wordt, is leuk. Ook wanneer hij uiteindelijk toegeeft: “C’est vrai je suis un sale menteur”. En de fee (zeer knap neergezet door de Canadese sopraan Marie-Eve Munger) ziet er beeldig uit in haar witte jurk. Maar vooral: ze ziet er wel erg groot uit dan.

Het is pas wanneer Pinocchio, die aanvankelijk erg veeleisend en verwend overkomt, zijn geld al verloren heeft dat ie van de directeur van het cabaret kreeg, geleerd heeft dat het niet aan de bomen groeit op ‘Le champ des miracles’ in ‘Pays des Imbeciles’, justitie soms uitspraken doet in het nadeel van het slachtoffer, een gevangenisstraf van 10 maanden heeft uitgezeten, dat ie terug op het rechte pad komt en de beste van de klas is tot vreugde van zijn leerkracht: “Je brengt me een beetje troost en vooral veel hoop in de toekomst.” De slechtste van de klas heeft daar een andere mening over en stelt voor dat ze elkaar kussen nadat de leraar zijn lof niet onder stoelen of banken stak. Heerlijk is dan ook het rebelse gedrag dat ie vertoont samen met een accordeon, sax en viool die klezmermuziek afsteken op de indrukwekkende maar o zo correcte tekst: “Om les te geven moet je geduld hebben. Als je dat niet hebt: vergeet het. Om op te voeden moet je talent hebben. Als je dat niet hebt: vergeet het. Om les te geven, moet je grappig zijn. Als je strontvervelend bent, zal het niet lukken. Een onderwijzer moet modern zijn.” Fabrizio Cassol (saxofoon en coördinator van de improvisatie), Philippe Turiot (accordeon) en Tcha Limberger (zigeunerviool) zijn dan ronduit grandioos als toneelmuzikanten en weten onze volle aandacht te trekken.

Vanaf dan wordt Pinocchio echt boeiend en ook op scenografisch vlak zien we een aantal interessante zaken. Pinocchio en de slechtste van de klas zien we tussen allemaal levenloze poppen zitten die ‘middelmatig’ scoorden op hun huiswerk. Ook de scène in het opblaasbaar vlot, ondersteund door blauwe lasers die de golven voorstellen en suggereren dat de scène zoals vroeger lichtjes schuin helt, is zeer knap gedaan. Ook leuk is het vertrek van de camion naar ‘Het Land van het echte leven’ waar alles kan en waarbij de beweging van de camion gesuggereerd wordt door Pinocchio die naar achter loopt richting rand van het podium. Dat noemen ze gezichtsbedrog. Laten we dus die openingszin van de theaterdirecteur in deze voorstelling maar met een serieuze korrel zout nemen: “U ziet het, uiteindelijk een heel gezelschap, een gezelschap dat vandaag nog steeds aan mijn zijde is. Een gezelschap dat er is om me te helpen en te steunen bij deze taak die voor mij de belangrijkste ter wereld is: nooit liegen, jullie nooit beliegen, jullie nooit iets anders dan de waarheid zeggen, nooit één enkel woord zeggen dat niet de puurste en schitterendste waarheid is… Dat zullen jullie zelf ontdekken dankzij dit verhaal, dames en heren, beste kinderen.”

De regisseur Joël Pommerat kiest bijna uitsluitend voor het gebruik van zwart-wit in kostuums en schmink, op die van de dierenmaskers na en ook de belichting is voornamelijk wit. Pas in de scène waar Pinocchio samen met de slechtste van de klas naar ‘Het Land van het echte leven’ gaat, zien we kleur in de visuals komen. Het is erg jammer dat net zo’n exuberante scène niet te zien is. Wat volgt, is een scène waarin de jongeren die ezelsoren hebben gekregen op de grond liggen. En voor die waarop de drie moordenaars Pinocchio aan een touw hangen om zo zijn geld (dat ie niet heeft) af te troggelen, doet de productie beroep op de video van Renaud Rubiano. Kortom: er is te weinig actie te zien op het toneel, en als dat gebeurt is dat in de vorm van een video. Ook de cabaretscène mist overigens een nummer dat van hetzelfde kaliber is als ‘Hi-diddle-dee (An Actor‘s Life For Me)’, maar dan in operavorm.

Aan humor geen gebrek nochtans in deze Pinocchio. Zo horen we directeur van het cabaret zeggen: ‘Geld hebben is niet alles, je moet het ook zien te houden.’ waarop de pauk al meteen antwoordt door een glissando te laten horen. Alsof het instrument wil zeggen dat de acteur een punt heeft en al weet wat er niet veel later in het verhaal gebeurt: Pinocchio zal effectief zijn geld verliezen. Verder kiest Boesmans om de wind via de strijkers te laten horen terwijl hij de fluiten inzet voor het vogelgetsjilp terwijl het thema van het hoofdpersonage om 4 tonen draait. Op vlak van stereotypering kan de muzikale omlijsting van de gevangenisscène dan weer tellen. We horen dan Oosterse klanken. Foei! Qua taalhumor vinden we in het libretto zinnen als: “Sta daar niet als een houten Klaas” en “Je moet een ezel zijn om spijt te hebben” zeer leuk.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter