PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Falstaff

zaterdag 23 december 2017Opera Antwerpen

Falstaff

In 2013 gooide de Oostenrijkse regisseur Christoph Waltz nog hoge ogen bij Opera Vlaanderen met ‘Der Rosenkavalier’. Niet in het minst toen Kurt Rydl daarin Albert Pesendorfer verving als Baron Ochs auf Lerchenau en iedereen op het podium naar huis speelde. Met Falstaff is de Hollywoodacteur, regisseur en tweevoudige Oscarwinnaar ondertussen toe aan zijn tweede operaregie voor het Vlaamse operahuis. Helaas laat die te wensen over. Falstaff als minimal beschouwen is gewoon een aanfluiting voor het minimal-genre. De opera neigt qua vorm simpelweg naar een half scenische voorstelling waarbij het tweede deel slechts een half uur duurt (deze start pas vanaf het tweede tafereel van het derde bedrijf) om orkest met koor en zangers van plaats te laten wisselen, het orkest op een grote zwarte metalen constructie die de eik van Herne voorstelt waar de slotscène plaatsvindt, terwijl de zangers vanuit de orkestbak het podium opkomen. Een exuberante keuze die nauwelijks toegevoegde waarde heeft, ook al niet omdat de orkestleden nauwelijks te zien zijn achter al dat metaal en het geheel zo eerder een concertante dan wel scenische beleving bezorgt aan de toeschouwers. Zeker, op vlak van zang en muzikale uitvoering door koor en orkest valt er weinig af te dingen op deze opera die gedirigeerd wordt door de Tsjech Tomáš Netopil. En de laaiend enthousiaste reacties achteraf zijn op dat vlak verdiend. Maar niet voor de regie wat ons betreft, want die valt wel erg magertjes uit.

Falstaff is een lyrische komedie uit drie bedrijven van Verdi naar een gecreëerd personage door Shakespeare. Het is tevens Verdi’s laatste opera geworden op zijn tachtigste waarbij de componist zichzelf wel opnieuw leek uit te vinden in 1893. Gezien er gelijkenissen zijn met het personage van de baron in ‘Der Rosenkavalier’ is het logisch dat Waltz voor Falstaff koos als tweede operaregie. Hier komt het hoofdpersonage in Windsor aan en heeft geld nodig. Hij vindt er niets beter op dan Alice Ford en Meg Page - twee rijke vrouwen - tegelijkertijd een liefdesbrief te schrijven. Beiden komen dat van elkaar te weten en willen dan ook Falstaff een lesje leren. En dan is er nog de prille en stiekeme liefde tussen Fords dochter Nannetta en Fenton. Die dreigt van korte duur te zijn omdat Ford zijn dochter wil laten huwen met Dr. Cajus. Uiteindelijk vindt een nachtelijk spel plaats waarbij Ford twee koppels in de echt verbindt. Wanneer de maskers afvallen blijkt ie Dr. Cajus met Bardolfo gehuwd te hebben en Nannetta met Fenton. En Falstaff? Die heeft er stevig van langs gekregen, zowel verbaal als fysiek door de gemeenschap. Kortom: Ford ziet dan wel dat zijn vrouw trouw is gebleven aan hem, hij zal moeten leren leven met het feit dat zijn dochter een ander huwt dan ie voor ogen had. En Falstaff haalt zijn slag helemaal niet thuis waarmee deze opera vooral appelleert aan waarden als deugdzaamheid en trouw.

Van een lyrische komedie als deze zou je mogen verwachten dat de regie sprankelt als de bubbels in een glas champagne tijdens de feestdagen. Helaas, deze champagne lijkt al veel te lang geserveerd voor die opgediend wordt en niet zelden zet Waltz zijn personages voor een gebroken wit gordijn zonder andere decorelementen waardoor het geheel wel erg mager uitvalt. ‘Alles in de wereld is gekheid. De mens is als grappenmaker geboren. Zijn gezond verstand draait als een tol in het rond. Iedereen wordt gefopt! Elke sterveling neemt een ander in het ootje. Maar wie laatst lacht, best lacht.’ is het credo van deze opera op het einde, en dat wil de regisseur ook tonen door orkest en zangers van plaats te veranderen, de zaken om te keren. Daarmee houdt ie het spel echter zeer beperkt tot het verstoppen van Falstaff in een wasmand (een verwijzing naar Heinrich Füssli’s olieverfschilderij is dat ook), wat geweldige grimassen oplevert van de Amerikaanse bas-bariton Craig Colclough en het stiekem verstoppertje spelen door Fenton en Nannetta (respectievelijk de Franse tenor Julien Behr en de uitmuntende Israëlische sopraan Anat Edri, die laatste is lid van het Jong Ensemble van Opera Vlaanderen en kent net als Julien haar roldebuut in deze opera) onder een houten constructie met tapijt op in het eerste deel. Die is erg multifunctioneel en werkt als houten vloer met een trap bij de Fords. Een trapelement daarvan is een houten bank terwijl de houten vloer de tafel is in het oord waar Falstaff vertoeft (wat de sfeer oproept van Jacob Jordaens schilderij ‘De koning drinkt’ uit 1638.)

Wij durven naast Anat Edri als Nannetta die voor ons een ware ontdekking is, en de degelijke prestatie van de Duitse mezzosopraan Iris Vermillion als Mrs. Quickly vooral de Duitse bariton Johannes Martin Kränzle aanstippen als dé man van de avond wanneer ie als Ford zich verkleedt in Mr. Fontana wanneer ie stelt dat ie een oogje heeft op Alice en Falstaff vraagt haar voor hem te veroveren: ‘Verbruik en verkwist mijn hele vermogen. Wees rijk en gelukkig. Maar in ruil vraag ik u Alice te veroveren.’. Wanneer ie als antwoord krijgt: ‘Ik ben al ver gevorderd. Over een half uur ligt ze in mijn armen.’ en Falstaff hem meegeeft dat ie weet dat Ford van twee tot drie niet thuis is, krijgt Ford het benauwd wat Kränzle erg goed neerzet. Ford die speciaal een madrigaal geleerd heeft (en ook laat horen) vreest dat zijn vrouw overspelig is. Een heerlijke scène levert dat op, zowel muzikaal als qua spel. Helaas komen dit soort spelscènes veel te weinig aan bod in deze Falstaff die muzikaal sprankelt maar scenisch al even kleurloos is als het vele gebroken wit.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter