PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Strach a fear song ★★★1/2

woensdag 1 januari 2020Hoek Slachthuislaan - Denderstraat Antwerpen

Strach

Het moet wellicht een van de publieksfavorieten van Wintervuur zijn: Strach a fear song van Théâtre d’un jour dat een volledige staande ovatie ontvangt achteraf. De toeschouwers worden door de drie acrobaten Airelle Caen, Denis Dulon en Guillaume Sendron dan ook betrokken bij de voorstelling. Vooral de eerste rijen dan zodat voor die toeschouwers het alvast een immersive operacircus-ervaring wordt. Waarom wij dan toch eerder zuinig zijn in onze quotering? Het narratief is wat aan de magere kant en in een niet al te hoge tent hand op hand-acrobatie, menselijke torens en vertrouwensspelletjes met drie spelen ((achter)overhellen zodat de ander je opvangt, waarin ze ook als vierde, de pianist Jean-Louis Cortès betrekken) zijn snel uitgewerkt zodat publieksparticipatie niet anders dan een logisch gevolg bleek om tot een voorstelling van een uurtje te komen. Hoewel veel mensen wellicht net dat aspect zullen onthouden (zoals een vrouw die bijvoorbeeld willekeurig uit het publiek wordt geplukt die letterlijk en figuurlijk haar eerste passen zal zetten als acrobate, ondersteund door de drie professionals), onthouden wij vooral de erg sterke eclectische soundtrack van Jean-Louis Cortès die speels en gepunte ritmes afwisselt met tragere (met naast eigen composities zoals ‘La berceuse des loups’ waarin je Brahms’ Lullaby in kan horen, ook arrangementen van Purcells ‘Cold song’, ‘Ah! Spietato’ van Haendel, ‘Nana’ van Manuel de Falla en ‘Shure on this shining light’ van Samuel Barber) die op piano de operazangeres, sopraan Julie Callbete begeleidt. Wat haar prestatie zo uitzonderlijk maakt is dat ze zelf ook aan wat acrobatie doet. Zo laat ze zich opvangen door het publiek wanneer de eerste rijen hun handen mogen uitsteken terwijl ze ‘Dance me tot he end of love’ van Leonard Cohen zingt, een scène die eindigt met de acrobaten die enkele toeschouwers uit het publiek plukken om ermee te slowen, maar ze zal ook Airelle Caen (of Alice Noël) ondersteboven vasthouden en ronddraaien terwijl ze een moeilijke partij te zingen heeft. Faut-le faire.

Openen doet Julie Callbete Strach a fear song met de traditional ‘Black is the color’. Wat blijkt? De zangeres zit de ganse tijd al voor ons op de tribune, steekt een (elektronische) kaars aan en begint van daaruit live te zingen terwijl de drie acrobaten zich rond elkaars lijf wentelen in een intimistisch trio. Dat zachte, te zien in de hunkering van de uitgestrekte hand en de blik in de ogen van Caen en de glijdende en golvende bewegingen van de drie, uit zich ook in het verhaal. Zo horen we dat de Airelle altijd al een rode cowboy had willen zijn. Ze was echter bang alleen in het donker vroeger en mocht dan ook een lichtje laten branden bij het slapengaan. En hoewel haar venster open stond naar de wereld, hield ze er ook van om haar gezicht te kleuren tegen die angsten. Daar gaat uiteindelijk ook deze voorstelling over, over je angsten onder ogen durven zien en ze leren bedwingen.

Op ‘La berceuse des loups’ zien we de twee mannen met een wolvenmasker de aanval inzetten op de acrobate die haar kussentje steeds bij zich heeft zodat ze zou kunnen slapen. De wolven duiken af en toe ook de eerste rijen van het publiek in, verder laten ze Airelle Caen tuimelen, een achterwaartse salto uitvoeren zodat ze op haar buik landt op hun armen, dragen ze haar rug op rug, in een tamelijk wilde choreografie. De twee zien we ook een cirkel maken met hun armen waar zij met haar poep in duikt en de vier armen van de mannen zullen als een soort trampoline dienen om haar de lucht in te laten springen.

Het mag duidelijk zijn, Strach a fear trekt vooral de verticale lijn, waarbij onder andere verlies, dood (een man haalt plots een zeis boven en molenwiekt er gevaarlijk mee in de lucht, ook op korte afstand van de toeschouwers op de eerste rijen, terwijl het blad ook gebruikt wordt om de rug van de acrobate tegen te laten leunen) of mislukking te zien is. Kommetjes maken de toeschouwers met hun handen op de eerste rijen zodat Julie Calbete van het ene paar naar het andere bij wijze van evenwichtsoefening kan wandelen. Erg knap is de slotact met de drie die een menselijke toren van drie hoog bouwen en op elkaars schouders staan, waarna ze in een soepele beweging overgaan tot op elkaars rug staan, en beetje bij beetje zakken zodat ze uiteindelijk alle drie op de grond op elkaar liggen. Maar uiteindelijk richten deze drie acrobaten zich het liefst van al tot de hemel zodat de voorstelling zo op het einde opnieuw aansluiting vindt bij de dromerige, knusse sfeer die de kindertijd oproept.    

< Bert Hertogs >

Strach a fear song is nog op 3 en 4 januari 2020 te zien op Wintervuur. Wie verhinderd is, krijgt een tweede kans in Brussel. Daar staat deze productie van 7 t.e.m. 12 april 2020 op het Martelarenplein.

Credits:

Productie Théâtre d’un Jour

Met de steun van Espace Catastrophe (B), Festival UP ! - Biennale Internationale de Cirque (B), CIAM / Centre International des Arts en Mouvement d‘Aix-en-Provence (F), de federatie Wallonie-Bruxelles, les Abattoirs de Bomel (B), Théâtre 140 (B), Zomerfabriek (B), Opéra On/ Festival International d‘Art Lyrique d‘Aix-en-Provence (F) en Théâtre des Doms (F).

Concept en regie Patrick Masset

Met Airelle Caen (of Alice Noël), Denis Dulon, Guillaume Sendron 
Zang Julie Calbete 
Muzikant/arrangeur Jean-Louis Cortès (wisselt af met Yohann Dubois) 
Geluid  Antoine Delagoutte 
Lichtontwerp Patrick Masset 
Kostuums Sarah Duvert en Bérénice Masset


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter