PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Der Schmied von Gent ★★★1/2

zondag 9 februari 2020Opera Antwerpen

Der

Met Der Schmied von Gent koppelt regisseur en scenograaf Ersan Mondtag in zijn operadebuut de vergeten opera van Franz Schreker aan het kolonialisme van Leopold II. Hoewel het libretto en de muziek erg toegankelijk en zelfs luchtig overkomt, het gaat over een smid uit Gent die zijn ziel verkoopt aan de duivel, in ruil voor zeven jaar florerende handel, bezorgt ie het werk hiermee een extra laag. Smee, het hoofdpersonage is dus Leopold II die heel wat misdaden tegen de mensenrechten op zijn geweten heeft (zo zien we afgehakte zwarte handjes in een mand liggen in het derde bedrijf). Daarmee legt ie niet alleen een gevoelig thema uit de recente Belgische geschiedenis bloot, wanneer het hoofdpersonage uiteindelijk toch toegelaten wordt tot de hemel – omdat hij iemand (in dit geval Jozef en Maria) kent die hem binnenlaat – kaart ie meteen ook de hypocrisie van het geloof aan. Al moet vooral het kapitalisme het ontgelden. Wanneer ie in de wachtruimte blijft hangen omdat zowel de duivel als God hem aanvankelijk afwijzen, vindt Smee er niets beter op dan een horecazaak te starten met King Waffles en een schaal vol neuzekes ook. Opera Vlaanderen probeert vanaf nu tijdens de pauze haar toeschouwers ook een snack of zo aan te bieden in het thema van de voorstelling. Deze keer zijn dat cuberdons. Héérlijk!

Het had ook de aanleiding kunnen zijn in een moderne uitvoering van Der Schmied von Gent, de concurrentie tussen twee verkopers van neuzekes in het Gentse. Maar het libretto, dat onder andere verwijst naar paardenhoeven laat dat niet meteen toe. Dus zien we ook in deze scenografie de rivaliteit tussen Smee (de Britse bariton Leigh Melrose wiens zachte stem voor zijn timbre niet altijd even goed doorkomt) en Slimbroek (de Amerikaanse tenor Michael J. Scott) als smeden. Smee gaat failliet maar smeedt een pact met de duivel, de gelijkenissen met Faust zijn dus niet ver weg. Modern wapentuig wordt binnengebracht.

De originele opera situeert zich ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog tussen Spanje en de Nederlanden. In deze versie zitten we tussen 1885 en 1909 waarbij Leopold II miljoenen slachtoffers maakte in de Onafhankelijke Congostaat en eindigen we op 30 juni 1960 met de toespraak van Patrice Lumumba als eerste premier van Congo wanneer het onafhankelijk is geworden. Uit die speech noteren we: ‘Wij zijn bespot, beledigd en geslagen ‘s ochtends, ‘s middags en ’s avonds omdat wij ‘negers’ waren.’  […] ‘Wie zal er ooit de slachtingen vergeten waarbij zo veel van onze broeders omkwamen en de cellen waarin zij die weigerden zich te schikken naar een regime van onderdrukking en uitbuiting werden geworpen?’

Der Schmied von Gent is een vergeten opera. Dat komt omdat de voorstelling op 29 oktober 1932 in Berlijn in première ging. Duitsland was toen erg economisch en politiek onstabiel. De joodse Oostenrijkse componist Franz Schreker kreeg zowel applaus als een fluitconcert te verwerken bij het buigen toen. Racistische taal werd ook gescandeerd zoals: ‘Joden buiten’. Uiteindelijk werd de opera maar vijf keer opgevoerd. Drie maanden later werd Hitler rijkskanselier.

Het koor mag het meest van al schitteren in deze opera, vaak ook op het einde van elk bedrijf. Schreker verwerkte volkse liederen in zijn opera. Zo horen we de kinderen als spotlied in de zevende scène van het eerste bedrijf ‘Klein klein kleutertje’ zingen, en horen we het fantastische koor in de tweede scène van het eerste bedrijf het geuzenlied ‘Vive le geus’ zingen: ‘Slaat op den trommele van dirre dom deine’ en wordt in de vijfde scène van het tweede bedrijf het danslied ingezet: ‘Rosa, willen we dansen? Dans, Rosa dans!’ In het derde bedrijf passeert dan weer een klassiek drinklied, hier tussen Flipke (de Spaanse tenor Daniel Arnaldos), Smee en zijn vrouw (de uitstekende Estse mezzosopraan Kai Rüütel). Een lied dat op een grappige manier gestoord wordt door Petrus, hier een zwarte heilige vertolkt door de Amerikaanse bas-bariton Justin Hopkins, die om tien uur ’s avonds het licht uitdoet en stilte eist.

Een nummer dat eigenlijk de toon van de ganse opera prachtig samenvat zit in de tweede scène van het tweede bedrijf. Hemels, opgewekt, in majeurtonen horen we Smee ‘Mooi, de bomen aan de kaai en de vogeltjes in de zon!’ zingen waarna ie na verloop van tijd transponeert naar mineurgezang zijn onzeker duister lot vrezend afwachtend: ‘In de hel zijn er geen bomen, geen werklui, geen vogeltjes en geen vrouw die in de keuken staat.’ Ook qua kleur contrasteert Schreker fel als je het einde van het eerste bedrijf waarin het koor optimistisch: ‘Een mooie zon lacht boven een mooie dag‘ zingt terwijl het tweede start rond twee noten die als een sirene elkaar afwisselen en meteen ook de spanning, de dreiging laten voelen nadat Smee zijn pact sloot, visueel te zien via een lichtbal die hij krijgt terwijl er in de visuals door de Duitse lichtontwerper Rainer Casper ook vleermuizen te zien zijn die geprojecteerd worden op het decor dat op een ronddraaiende cirkel staat en verwijst naar een pretpark.

De kledij die van de hand is van de Duitse kostuumontwerper Josa Marx is exuberant kleurrijk en doet aan Afrikaanse mode denken die in combinatie met blacklight ook reflecteert. Zit in het eerste bedrijf de erotische laag omdat Smee verleid wordt door Astarte en zien we in een krijttekening een vrouw als krijger afgebeeld met heel wat penissen, dan ligt in het tweede bedrijf de ironie en humor er dik op zoals in Smees hilarische ‘Jezus Maria Jozef! Dat ik dat niet meteen gezien heb. Vergeef mij!’ als repliek op Jozefs ‘Jozef ben ik. De echtgenoot van de allerheiligste maagd Maria.’ Maria wordt hier trouwens vertolkt door de Taiwanese Chia-Fen Wu wat in combinatie met de Belgische bariton Ivan Thirion als Jozef een op zijn zachtst gezegd opmerkelijk beeld oplevert van een al even opmerkelijke casting voor deze rollen. Mondtag steekt het dan ook niet onder stoelen of banken dat we naar gezongen toneel aan het kijken zijn naar mate de voorstelling vordert. Het einde is namelijk voor de indrukwekkende Zuid-Afrikaanse sopraan Vuvu Mpofu die als Astarte de valse baard van Smee mag aftrekken en met haar ‘Really?’ wellicht dé quote van het ganse stuk mag brengen en meteen niet alleen het werk maar ook bij uitbreiding het medium het meest van al mag relativeren.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter