PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Tussen Hemel en Aarde

zaterdag 7 april 2012Vlaamse Opera Antwerpen

Tussen

Tussen Hemel en Aarde is de laatste voorstelling van het Koninklijk Ballet van Vlaanderen onder artistieke leiding van Kathryn Bennetts. Opnieuw toont de Australische de rijkdom, het brede scala aan emoties, aan genres die de compagnie aankan.  De Amerikaanse eerste soliste Courtney Richardson kreeg een prominente plek in de drie verschillende stukken. Wat ze samen met Ernesto Boada in een intimistisch en doorleefde pas de deux neerzette tijdens Wheeldons “After the rain” was pure wereldklasse.

“After the rain” bevat alles wat een sterke choreografie nodig heeft: een duidelijke opbouw, contrast in beeld, kleur en muziek. Het werk omvat de periode van de regen en na de regen wanneer de zon terug door de wolken komt, hier als metafoor waar een relatie zich in bevindt. De partituur van Arvo Pärt klinkt authentiek in zijn puurheid en oprechtheid. Viool en piano weten tijdens “Spiegel im Spiegel” een intense sensualiteit, tederheid op te wekken die Richardson en Boada uitmuntend gestalte geven terwijl “Ludus” voor een opmerkelijk begin van de choreografie zorgde die ook heel wat lifts kende. Ook hier ging de intensiteit van de choreografie mooi synchroon met de muziek die hier en daar een donderslag liet horen. Het premièrepubliek reageerde dan ook terecht erg laaiend enthousiast. Ook dit werk uit 2005 was veruit onze favoriet van de avond.

Met Serenade van Balanchine was de avond geopend, op de tonen van Tschaikovsky.  Een lyrisch werk, dat hier en daar refereert naar het Zwanenmeer bijvoorbeeld. De choreografie richt zich erg op de vorm. De lijnvoering wordt hier sterk in de verf gezet, met verschillende figuren die het corps de ballet mag maken. Dat de choreografie eindigt met een diagonale lijn over de bühne, lag dan ook voor de hand. Aki Saito straalt zoals steeds spelplezier uit met haar erg frisse verschijning. Een erg klassiek werk, dat het minst enthousiast onthaald werd van alle werken was Serenade. Alsof de toeschouwer wou zeggen dat hedendaagse dans en ballet anno 2012 méér dient te zijn dan een klassieke, voornamelijk technische focus op de vorm.

Voor aanvang van de wereldpremière van Jorma Elo’s “Killer Sweet” kreeg deFilharmonie onder leiding van Benjamin Pope een terecht stevig applaus. Na het moois dat we al te horen hadden gekregen, mocht Bart Vandenbogaerde soleren in het Vioolconcerto nr.5, kv 219 van Mozart. De choreografie bevat erg veel theatrale elementen, die ons hier en daar aan een Forsythe deden denken. Toch waren we niet meteen gewonnen voor de quasi 1 beweging per noot-aanpak van de choreograaf. Vaak riep de muziek ons iets anders op dan we het ballet zagen uitvoeren, en ook tussen twee bewegingen door wanneer het orkest zweeg, werd er doorgedanst. Dit zorgt voor een erg bevreemdend gevoel. De choreografie oogt narratief, al is het bijzonder moeilijk te coderen wat Elo ons nu precies wil zeggen.  Ook over het lichtplan blijven we met vragen zitten. Een bij momenten dus erg surrealistisch aandoend werk dat in een land als het onze – niet toevallig - op heel wat bijval kon rekenen.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter