PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Orlando

donderdag 9 oktober 2014Bourla Antwerpen

Orlando

“Orlando”, van Virginia Woolf, herwerkte Katelijne Damen naar een monoloog, verteltheater. Damen kent u wellicht van haar rol als Christine Bogaerts, de procureur des Konings, in de huidige één-serie “De Ridder” op zondagavond. Weinig actrices intrigeren ons zo sterk als deze vierenvijftigjarige. De manier waarop zij vertelt en acteert, met een opvallend zachte stem, bedaard maar steeds ook beredeneerd, doet je luisteren als kijker. Zelfs wanneer ze angst of kwaad zijn, op de bühne brengt, is er toch nog dat rationele element aanwezig, een zekere dosis sereniteit, beheersing. “Orlando” is eten en drinken voor elk acteur. Niet alleen leest het verhaal, dat even meer dan drie eeuwen overspant, als een reis door verschillende culturen en tijden heen. Het is ook - om maar iets te zeggen -een ode aan de natuur, aan het vrouw zijn, aan sensualiteit en seksualiteit, aan identiteit (en transgender). Ja, ook aan het schrijversvak (en het creatieproces), inclusief heerlijke, subtiele humor. Al ligt er ook een extra laag op: de gebruikte vorm: hier “de biografie” die tevens bekritiseerd wordt.

Orlando begint aan de start van de zestiende eeuw, en eindigt in 1928, een jaar voor het boek verscheen. De man wordt geboren onder Koningin Elisabeth I waar hij een korte affaire mee heeft. Hij wordt verliefd op Sasha, een prinses uit Rusland. Ronduit prachtig is de beschrijving hoe de Thames, de rivier die in Londen stroomt, bevroren is in 1608 maar plots ook zal dooien. Als een metafoor voor contact verliezen, wanneer zij niet verschijnt op een afspraakje. Gefluisterd wordt dat deze passage, die zeer kenmerkend is, en zaken haarfijn beschrijft, verwijst naar de lesbische affaire die Vita Sackville-West (een Engelse schrijfster) had met Violet Trefusis. Pittig detail: op het moment dat Woolf “Orlando” schreef had ze een lesbische relatie met Vita Sackville-West en was ze erg gelukkig wat mee verklaart waarom “Orlando” opvallend licht en speels overkomt (hoewel het meerdere lagen heeft).

Een gedicht “De eik” dat maar niet af geraakte in de jeugdjaren haalt Orlando terug boven. Als Engelse ambassadeur wordt Orlando vervolgens naar Constantinopel gestuurd. Daar zal hij na een diepe slaap ontwaken als vrouw. Met zigeuners vlucht ze uit Constantinopel. Maar pas op de boot terug naar Engeland ontdekt ze hoe het is om als vrouw begeerd te worden. “De Eik” komt uiteindelijk in zijn definitieve vorm. Nicholas Greene, een tijdloze dichter die ze eeuwen ervoor net nadat Orlando Sasha uit het oog was verloren, graag had maar die iets onhebbelijks in zich had, zorgt er mee voor dat het lange gedicht uiteindelijk uitgebracht wordt en succes oogst. Ook die dichter blijkt dus eeuwen mee te gaan. Orlando voelt een trilling aan haar hand. De ringvinger heeft nood aan iets terwijl Katelijne Damen ook afstand neemt als verteller en kritisch maar fijntjes “ze onderwerpt zich aan de noden van de tijd” eraan toevoegt. Orlando huwt uiteindelijk met een kapitein die vaak op zee is. 

Guy Cassiers tekende voor de regie en vormgeving. Hij zet zijn actrice op een speelvlak met verschillende borden die open en dichtgeklapt kunnen, en naar voor en achter geschoven kunnen op het podium als een schuifpuzzel. Zo verandert het decor (van het Londen uit de Renaissance tot het moderne Londen uit het begin van de twintigste eeuw), de tijdsgeest, die op het podium ligt en tevens via camera’s die er boven hangen in beeld gebracht worden op het doek achteraan. Ook de soundscape van Diederick De Cock maakt dezelfde evolutie mee, van aristocratisch, barok, tot moderne sounds die het industriële tijdperk voor de geest brengen. 

Katelijne Damen schittert van haar kant door “Orlando” fris, speels, frivool als een voorbij stromende rivier te vertellen. Soms kolkend, dan weer als een stil watertje. Op het eerste gehoor één-lagig, maar net als een rivier zijn er ook onderstromen en onderlagen. Een beeld, de Thames, weerspiegelt zich doorheen de vertelling van anderhalf uur. Een rivier die eigenlijk alomtegenwoordig is in het ritme van de voorstelling ook. Ritme waarmee Damen ook meesterlijk speelt, door bewuste pauzes te nemen, om te drinken, te stappen, stil te staan, achterom te kijken. Prachtig staaltje woordkunst horen we, met knappe vergelijkingen, een heerlijke alliteraties (“zompig zuigen” om er eentje te noemen). Ook de accenten die ze legt, alleen al de manier waarop ze het woord “inkt-pot“ bijvoorbeeld meermaals uitspreekt, geeft extra informatie: de haat-liefdeverhouding tussen een schrijfster en haar gereedschap (wanneer de woorden er maar niet uit willen komen of net rijkelijk op het papier stromen).

Met het gefriemel aan haar jurk (die Katelijne Damen zelf ontwierp), die iets aristocratisch in zich heeft, maar ook mee transformeert doorheen de voorstelling waarbij uiteindelijk de onderjurk/japon overschiet, toont Katelijne Damen niet alleen het ongemak van sommige situaties waarin Orlando verkeert. Het lijkt ook dat ze op die manier een Orlando neerzet die zich op dat moment (nog niet) bewust is van zijn vrouw-zijn en zich moeilijk weet te bewegen/aarden in een jurk. Zo maakt Damen visueel ook haar punt over het transgender/androgyne thema, het zoeken naar de identiteit, levensfases doorlopen. Als biograaf becommentarieert Damen: “zij kon iedereen onder tafel drinken en had een bijzondere voorliefde voor allerlei kansspelen.” terwijl eerder al bleek dat Orlando, toen hij nog een jonge kerel was, niet alleen van rozen hield maar ook een voorliefde had voor veldbloemen en onkruid. Dat is mogelijks een verwijzing dat hij als jonge snaak ook de lakens deelde met vrouwen beneden zijn aristocratische stand.

De beperkte bewegingsvrijheid van Katelijne Damen die het bovenlichaam sterk naar achter of opzij weet te buigen, en zo poses aanneemt, lijkt ons dan ook eerder een sterk punt van deze voorstelling, zeker tijdens de eerste eeuwen waar het verhaal zich in afspeelt. Al is en blijft Orlando verteltheater, woordkunst dat hoe je het ook draait of keert, eerder statisch van aard is waar finaal, los van zijn visuele prikkels die er zijn, het vooral een genot is om geprikkeld te worden door de kern van het werk: de rijkdom van onze taal. Orlando zagen we dan ook volgaarne.

< Bert Hertogs >

“Orlando” speelt t.e.m. 11 oktober 2014 in de Bourla en op 16 en 17 oktober 2014 in Maison de la Culture, Amiens


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter