PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Notre peur de n etre

donderdag 26 februari 2015Bourla Antwerpen

Notre

Onlangs zat ik in Brussel op café. Twee rugzak-Britten kwamen binnen en nestelden zich aan een tafeltje. Zonder iets te zeggen pakten ze hun tablet en smartphone en begonnen te communiceren…met anderen, niet met elkaar. Alleen de koffie werd nog gevraagd. Het duurde zo een half uurtje. In volmaakte stilte tegenover elkaar, in Gedurige Aanbidding tegenover hun smartphone en tablet. En toen stapten ze op. Het is een alledaags voorval: de moderne technologie wijzigt onze leefwereld iedere dag meer en wel spectaculair. Wie nu zestig is, is al digibeet en zal dat binnen twintig jaar totaal zijn. Maar leidt de moderne technologie niet tot ontlezing en tot een gigantische daling van het cultureel niveau van onze jeugd? Worden onze kinderen niet gek door altijd  zo alleen voor hun schermpjes te zitten? Soms reeds als peuter?

Over de invloed van de moderne technologie op ons dagelijks leven gaat “Notre peur de n‘être“ (Onze angst om niet te zijn) van Fabrice Murgia. Hij is huisregisseur van het Brusselse Théâtre National en met dit stuk was hij de eerste Franstalige Belg in tien jaar tijd op het prestigieuze theaterfestival van Avignon.  Het is dus beslist een goed idee dat het Antwerpse Toneelhuis de Vlamingen laat kennis maken met dit pareltje van Franstalige theaterkunst. 

Klein Duimpje 

Murgia‘s onmiddellijke inspiratiebron voor dit stuk was de lectuur van Petite Poucette (Klein Duimpje) van de Franse wiskundige en filosoof Michel Serres. Deze krasse tachtiger ziet drie grote breekpunten in de geschiedenis van de mens: de overgang van het woord naar het schrift; die van het schrift naar het gedrukte boek; die van het gedrukte boek naar het internet. Die overgangen schiepen volgens Serres telkens een “nieuwe mens“, een “mutatie“ omdat hele stukken hersenen die vroeger moesten worden gebruikt bv. om ellenlange teksten van buiten te leren, nu vrijkomen voor andere dingen, voor creativiteit. Zo ontstaat ook een nieuwe politieke leefwereld.  

Serres doet heel lyrisch over de Klein Duimpjes. Dat zijn de huidige jongeren en zij worden zo genoemd omdat ze zo snel met hun duim op hun smartphone kunnen tikken. “In tegenstelling tot vroegere generaties moeten ze geen pijn of honger lijden, ze kennen geen oorlog.“ Het toenemend integrisme en moslimfundamentalisme doet Serres af als “dinosaurussen“, met uitsterven gedoemd. Klein Duimpje is immers een wereldburger. 

Door het internet is de school volledig overbodig geworden, zo zegt deze tachtiger die zelf nog steeds aan de universiteit doceert. “Klein Duimpje moet niet meer leren, alle informatie is constant beschikbaar“. Serres ziet een nieuwe mens die alle kennis deelt via Wikipedia en de heersende elites in vraag stelt door nieuwe Facebookgroepen en zo de politiek voortdurend dynamiseert. Voor Serres groeit er letterlijk “een gemuteerde mens“, nl. door het gebruik van bestaande hersendelen voor andere dingen.  

Houellebecq 

De inspirator van Murgia schetst een heel ander beeld van de gevolgen van de moderne technologieën dan die andere Fransman, de romancier Michel Houellebecq. Hij behandelde dezelfde thematiek ook in “De Mogelijkheid van een eiland“. Ook hij schetste een Nieuwe Mens en een Nieuwe Politieke Cultuur, maar Houellebecq is een onheilsprofeet. Voor hem verloedert onze cultuur, de kennis brokkelt af, de ontlezing neemt toe, de stress groeit door onmogelijke multitasking, waarvoor ons brein niet gemaakt is. En vooral: iedereen vereenzaamt. In “De Mogelijkheid van een Eiland“, zitten de opeenvolgende Daniëls hun hele leven lang voor hun computerscherm te tokkelen. 

Murgia is gefascineerd door Serres, over Houellebecq spreekt hij niet. Maar toch overheerst de pessimistische ondertoon in zijn stuk.  

Hikikomori‘s 

“Notre peur de n‘être“ volgt vier personages: een “weduwnaar“ die na 22 jaar huwelijk door zijn vrouw in de steek is gelaten en ze als dood beschouwt. Hij probeert zijn verdriet te verwerken door in zijn kelder te kruipen en daar hele nachten met zijn smartphone te kletsen. Dan heb je zijn vrouw, Sarah, een hysterische communicatiedeskundige die haar hele leven verdubbelt door het in te praten op haar dictafoon. Om zeker niets te missen. En vervolgens is er die Japanse jongen. Murgia zet hem neer als een “hikikomori“, die volledig afgesloten van de wereld wil leven, zoals de Daniëls in “De mogelijkheid van een eiland“ van Houellebecq. De Japanse “tegencultuur“ van de hikikomori predikt een “koude revolutie“ (de term is van Houellebecq): je moet alles weigeren en alleen nog via de computer contact hebben met de wereld. En tenslotte is er zijn moeder, een Italiaanse immigrante die hem voedert tot het bittere eind en uiteindelijk theatraal sterft door uit te glijden en een kom spaghetti over de vloer te keilen. 

In het eerste deel leeft iedere acteur op zijn eiland achter een wazig gordijn met een prachtige rechthoekige lichtkadrering en beklijvende videobeelden. Dit deel is sober en afstandelijk, het verhaal wordt bijna uitsluitend verteld door twee dames. Plots valt het doek en staat de toeschouwer oog in oog met de acteurs, die op elkaar beginnen schelden en tieren. De virtuele werelden botsen. Ze komen in een derde deel opnieuw tot rust en er zou een nieuwe tegencultuur moeten groeien. Maar die “nieuwe mens“, die Serres ons belooft en waarin ook Murgia blijft geloven, zie ik toch niet. 

Sommige figuren komen hun problemen te boven, zoals de weduwnaar die zich verzoent met het vertrek van zijn vrouw, haar eindelijk kan “begraven“ en niet meer stelselmatig ongelukkig wordt als hij hun gezamenlijk lievelingsliedje “No more shall we part“ van Nick Cave hoort. Zijn probleem is opgelost, maar of dit nu de Grote Utopie, het Nieuwe Communiceren of de Nieuwe Mens is, valt te betwijfelen. En in de andere gevallen geraken de problemen niet echt opgelost. 

Melancholische mijmering 

“Notre peur de n‘être“ bulkt van de eenzaamheid, die niet - zoals bij Houellebecq - troosteloos, vreugdeloos en Schopenhaueriaans is in beeld gebracht, maar eerder poëtisch, bij momenten zelfs teder, een melancholische mijmering.  

Hartverscheurend is de live-bewerking van “Ragazzo delle via Gluck“ door de mama van een computernerd die zich volledig van de wereld heeft afgesloten. Ragazzo is een hit uit 1966 van Adriane Celentano, over een jongen die zijn Italiaans dorp verlaat om in de grootstad te gaan werken en bij zijn terugkeer veertig jaar later alleen maar beton vindt. Alleen al voor deze bewerking zou je moeten gaan zien. Pure nostalgie naar een verloren gegane tijd die nooit meer terugkomt. 

De eenzaamheid wordt nog schokkender als die mama overlijdt te midden van spaghettislierten. Haar zoon kan die val maar vaststellen door hem met de camera te filmen, een rechtstreeks contact is niet mogelijk. Innig mooi. 

“Notre peur de n‘être“ is een prachtig stuk dat de eenzaamheid van de hypercommunicatie goed in beeld brengt. Maar de utopie van de Gelukkige Nieuwe Mens, die inspirator Michel Serres, ons belooft, blijft ver te zoeken.  

< Joris De Maght >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter