PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie La Legende Du Roi Arthur

zaterdag 6 februari 2016Paleis 12 Brussels Expo

La

Krokusvakantie in België en ook het Franstalig gedeelte van ons land krijgt family entertainment voorgeschoteld. Zoals de gewoonte is in Brussel en Franstalig België kijkt men daarvoor over de landsgrenzen, en welbepaald naar Frankrijk. Wat succesvol is op de Franse televisie, is dat vaak ook in Wallonië. In de jaren ’80 was het ook zo dat Vlamingen voornamelijk Hollandse televisie consumeerden. Dat is anno 2016 ondenkbaar geworden. Na successen als “Mozart L’opéra rock” en “1789 les amants de la bastille”, koos producent Dove Attia voor het verhaal van koning Arthur in het nieuwe muziekspektakel “La Légende du roi Arthur, Quand l‘amour change le cours de l‘histoire” dat op 17 september 2015 in het Palais des congrès in Parijs in première ging.

Camille Lou, dé ontdekking van het jaar in Les Amants de la Bastille waarin ze de rol van Olympe speelde, krijgt heel wat meer nummers en tekst voor haar rekening in de nieuwe productie als Guinevere. Op vraag van de regisseur Giuliano Peparini liet ze het haar blonderen omdat hij de fantasy-tour op wou gaan en dus refereren naar Games of Thrones. Daar valt iets voor te zeggen, maar al snel rijdt de regisseur zich hopeloos vast in het verhaal dat wel een erg lange aanloop krijgt met de gestorven koning Uther, de draak en Merlijn die op zoek gaan naar de opvolger, een pure ziel die het zwaard Excalibur uit de graftombe/rots moet halen. Leuk is de vondst van de productie om kinderen op scène te laten voor de voorstelling start, zodat zij ook even kunnen proberen. Een jongetje trekt en buigt zo hard aan het zwaard dat een acteur moet ingrijpen. Tot een klein jongetje op het podium komt en het iets van niets blijkt voor hem om dat zwaard er uit te halen. Dat is met stip zowat het meest magische moment van deze voorstelling.

Er schort dus behoorlijk wat aan “La légende”. Het eerste deel kenmerkt zich in het constant sluiten en open gaan van doeken of poorten waardoor het net erg hard opvalt dat het allemaal aparte scènes zijn. De kidnapping van Guinevere gebeurt pas in het tweede bedrijf zodat we eigenlijk op een vreemd moment de pauze worden ingestuurd, met een nauwelijks opgebouwde spanningsboog. Het geheel voelt dus weinig coherent aan, de overgangen gebeuren niet vloeiend en ook het acteren, de inleving ontbreekt. Daar tegenover staat wel een zeer sterke focus op het visuele. Vooral de visuals die ook garant staan voor de decorwissels, zijn  adembenemend mooi. Ook de choreografieën zijn goed, onder andere met Morgane die aan een levensgrote pop die naar boven gehesen wordt tijdens “Dors Morgane Dors” die het tweede bedrijf opent. Verder valt tussen de dansers op dat er een met een been danst.

Maar de inspiratie op vlak van choreografie en muziek blijkt wat op in het tweede bedrijf wanneer Ierse tapdans naar Lord of the Dance verwijst, maar niet hetzelfde niveau haalt. Verder worden twee Japanse troms bovengehaald die dan weer doen denken aan Kodo. We kunnen ons niet van de indruk ontdoen dat het vat der creativiteit dan al een beetje op was. Op muzikaal vlak trekt de voorstelling vooral de kaart van de Keltische muziek, met tin whistle, het percussieve en strijkers. “Si je te promets” en “Au diable” behoren tot de betere songs, al haalt de hele score lang niet het niveau van “Mozart l’opéra rock” of “Les Amants”.  Camille Lou kent overigens een timingprobleem wanneer ze halfweg “Au diable” opnieuw moet inzetten.

Het verhaal zelf durft niet goed kiezen tussen fantasy (de draak, Merlijn, de heks Morgane) , actie (de Ridders tegen de Saksen), avontuur (de zoektocht naar de Heilige Graal) of het liefdesdilemma dat Guinevere meemaakt: verliefd zijn op twee mannen tegelijkertijd. Haar personage en vooral de psychologie ervan is te weinig uitgewerkt. Helemaal overbodig en zelfs storend is de humoristische lijn die Yamin Dib toevoegt als Ké, de halfbroer van koning Arthur met woordspelletjes als: “met hoeveel zijn jullie? Met zes? Ah dat noemen ze de Merlijnse muur.”, “Vous êtes qui? Moi je suis Ké.”  Of in zijn droom een rood lichtgevend zwaard bovenhaalt, op de ronde tafel ligt en het deuntje van Star Wars laat horen. Het publiek kan er gedeeltelijk mee lachen, maar het leidt simpelweg te veel af van het verhaal. En vooral: Dibs personage lijkt te veel op datgene dat hij neerzette bij andere Attia-producties.

Fabien Incardona is als Méléagant jaloers op Arthur omdat hij de nieuwe koning wordt. Hij daagt hem uit maar verliest. Geholpen door de heks Morgane, gespeeld door Zaho zal hij de verboden liefde tussen Guinevere en Lancelot ontdekken. Via een list brengt ze de twee bij elkaar zodat Arthur zelf ziet hoe hij door zijn trouwste ridder en eigen vrouw bedrogen is. “Mon Dieu faites qu‘un jour je lui pardonne” klinkt het uit de mond van Florenth Mothe als Arthur wanneer hij “Auprès d‘un autre “ zingt en een XXL-versie van het zwaard Excalibur oprijst tussen de twee die er een verboden liefde op nahouden. Hoe het eindigt met Morgane die het kind van Arthur draagt (in sommige versies van het Arthurverhaal is Mordred het kind van Morgane en is zij tevens zijn zus waardoor het een incestueus kind is) nadat hij seks met haar heeft gehad toen ze zich vermomd had als Guinevere komen we niet te weten. Ook de verhaallijn van de Graal wordt niet meer behandeld. Dat is op zijn zachtst gezegd vreemd.

Aan het applaus te horen, dat op zaterdagmiddag naar Franstalige normen aan de lauwe kant was, kon het publiek vooral de prestatie van Florent Mothe smaken. En hoewel wij erg zijn gaan houden van het timbre van Camille Lou als Olympe bij “Les Amants”, was er nu iets dat ons stoorde: het gebrek aan magie, het gebrek aan inleving.  Wanneer ze “Faire comme si”, begeleid door cello en piano zingt met Charlie Boisseau  als Lancelot, is dat dermate clean, erg vaak videoclipachtig naar het publiek gericht, dat de vonk niet overslaat naar ons en de rest van de toeschouwers toe. Dat het dan ook wat koeltjes reageert, is niet meer dan logisch.  

Of hoe Julia Ormond – een brunette die brunette bleef nog wel - in First Knight onze ultieme Guinevere blijft. En eerlijk: met een Sean Connery als Arthur en Richard Gere als Lancelot in die film, viel iedereen die op de scène stond van Paleis 12 toch wat licht uit, al zijn beide verhalen erg verschillend voor alle duidelijkheid.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter