PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Otello

vrijdag 12 februari 2016Opera Antwerpen

Otello

Te bombastisch, te luid waardoor alle intrige en dramatiek uit het werk wordt gezogen. Te eenvoudig, ja zelfs wat te simpel en hopeloos statisch, dan weer super theatraal qua spel. Dat is Otello van Verdi in een regie van de Duitser Michael Thalheimer. Zeker, het werk is ook expressionistisch en het orkest van Opera Vlaanderen opent sterk met een wervelwind, een storm die te horen is in de cirkelbeweging in de partituur, visueel ondersteund door fel wit, stroboscopisch licht.  Ook de verwijzing naar de natuur in het laatste bedrijf met fluiten die naar vogels verwijzen en opnieuw een draaibeweging die de wind een stem geeft, is erg boeiend. In al die weelde zorgt een sublieme Corinne Winters die haar roldebuut kent als Desdemona in het laatste bedrijf voor de verademing: klein, en intimistisch bezingt ze in haar lamento “de treurwilg zal mijn bruidskrans zijn.” in “Son mesta tanto, tanto” (ik ben zo verdrietig) waarna ze het Ave Maria zingt. De Amerikaanse coloratuursopraan is het lichtpuntje in deze erg ouderwetse enscenering.

Thalheimer kiest voor een black box, een zwarte doos waar niets in zit, als decor. Personages en koor verschijnen en verdwijnen. Veel theatraler kan je het niet bedenken dan de manier waarop Desdemona tot twee keer toe opkomt, vanachter een zwarte muur die deels open gaat met de spot op haar gericht. Poppenkast is het. Wanneer zij en Emilia in het podium verdwijnen via een lift, kunnen we onze ogen al helemaal niet meer geloven. De belichting van de Zwitser Stefan Bolliger focust dan ook niet zelden op Desdemona, wat vreemd is. Eigenlijk zou de intrige van Jago centraal moeten staan die als een sluipend gif de jaloezie van Otello aanwakkert en diens ondergang betekent.

Het scènebeeld dat constant zwart is met zangers en koorleden die tevens in zwart gekleed zijn, klopt niet met het verloop van het verhaal. Het is niet zo dat Otello al bij de start volledig zwart geblakerd is op psychologisch vlak. Integendeel, hij heeft er net een overwinning op zitten. Door het gebrek aan contrast tussen decor en kostuums prikkelt deze regie op visueel vlak dan ook nauwelijks. Het slot, waarbij de muren uit elkaar vallen en er wit licht vanachter schijnt, is al zo vaak gebruikt op toneel, dat het een cliché is geworden. Maar vooral: wat Thalheimer toont is net een zwart-wit beeld (letterlijk én figuurlijk) dat het leven na de dood wit, en goed is terwijl het aardse leven staat voor de bad, bad world. Nuance, daar ontbreekt het ‘m dus niet zelden aan hier.

Twee zangers zegden af wegens ziekte om de rol van Otello op te nemen. Uiteindelijk zingt de Britse tenor Ian Storey de hoofdrol. De man, die een Moor speelt, heeft een zwarte cirkel op zijn gezicht geschminkt waarmee hij de ganse opera op de bühne staat. Een masker waardoor alle gezichtsexpresse verdwijnt.   Winters, die wel passioneel speelt en zich inleeft in haar rol, hem liefdevol aankijkt, en streelt, staat op het einde van het eerste bedrijf tegenover een blok graniet die erg stroef beweegt, haar liefde te bezingen: “En ik had je lief om jouw lijden en jij hield van mij om mijn medelijden.” (Ed io t’amavo per le tue sventure, e tu m’amavi per la mia pietà). Niet alleen het leeftijdsverschil, maar ook het verschil in grootte (perfect te zien in het mooie schaduwspel in het derde bedrijf op de linkerwand) tussen de twee zangers zorgt ervoor dat we dit koppel, dit duet, niet geloven. Beiden, gecast om een vader-dochter relatie te spelen: dat zouden we geloven. Maar als koppel werkt de casting niet. In het tweede deel speelt Storey (met uitgestrekte hand naar Desdemona: zie foto) en Vladimir Stoyanov (als Jago) die aan komt sluipen, zijn gezicht via een draaibeweging bij een andere speler zet, dan weer een te grote grijns laat zien, te groot. Te theatraal dus.

Zoals gezegd moet deze Otello het dan ook vooral hebben van het laatste bedrijf met het beeld van de huwelijksjurk die letterlijk verstikkend werkt voor Desdemona en haar dood betekent. Ook die is theatraal, want ze hoort zelf nog dat ze onterecht gewurgd is en zingt nog zacht na de wurging als commentator op de feiten: “Onrechtvaardig… onrechtvaardig gedood. Ik sterf onschuldig… Niemand… Ikzelf… Ik beveel aan mijn Heer… Ik sterf onschuldig… Vaarwel…” als laatste woorden. Ook dat haalt alle dramatiek en geloofwaardigheid van haar dood onderuit. Het woord pathetisch is hier op zijn plaats.

Conclusie: deze Otello is alles wat een moderne operaregie niet hoort te zijn: met alle focus op zang en muziek terwijl het acteren, het spel, de intrige, de dramatiek gedeeltelijk of volledig de kop ingedrukt  wordt (wat ook aan Verdi ligt overigens) door de overdreven theatraliteit. Dan had Opera Vlaanderen even goed voor een concertante versie kunnen kiezen.

< Bert Hertogs >    


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter