PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie De fietsendief

donderdag 28 april 2016Bourla Antwerpen

De

Een ronduit sublieme Sofie Decleir toont het beste van zichzelf in de Fietsendief van Bart Van Nuffelen. Martha!tentatief, Zuidpool en Toneelhuis sloegen de handen in elkaar en zetten een kwartet op de scène om “u” tegen te zeggen. Decleir – die veruit de mooiste rol heeft omdat ze zowel een moederrol, politicarol, echtgenotenrol, leidinggevende- als slachtofferrol te spelen heeft staat tegenover Marc Van Eeghem, Abigail Abraham en danser Igor Shyshko.  Vier levens zien we die los van elkaar staan in het begin. Naar het einde toe kruisen ze elkaars pad. De boodschap is al even eenvoudig als het dagdagelijkse leven van een gewone mens: iedereen heeft wel eens iemand nodig. Dat is vooral een duidelijk signaal, zonder moraliserend te willen zijn als voorstelling, richting samenleving en politiek die steeds vaker het eigenbelang, het kille pad van het egocentrisme bewandelt.

Van Nuffelen tekent samen met Johan Petit voor de regie. Inspiratie vonden ze bij de neorealistische film Ladri di biciclette (de fietsendieven) van Vittorio de Sica enerzijds en de fietslessen die de stad Antwerpen organiseert om vooral vrouwen van andere origine te leren zich op een tweewieler te verplaatsen. Een voorstelling over gewone mensen is het. Alle vier hebben ze iets gemeenschappelijks: hun geheugen heeft maar een beperkte bandbreedte, of capaciteit als je wil, om keuzes te maken, om te reageren. “De fietsendief” toont ook eenzaamheid in de stad die verschillende gedaantes aanneemt. Zo is er de dief die alleen en in het donker opereert (Shyshko die in zwarte trainingsoutfit laag, vaak op handen en voeten sluipt, als een dier en zo tot actie overgaat). Verder is er de nieuwkomer (Abigail Abraham) die slachtoffer is van mensenhandel en zonder papieren een toekomst probeert op te bouwen maar lange tijd liegt tegen haar moeder dat ze het getroffen heeft in België en het huwelijk – dat er niet was – vlot loopt. Marc (Van Eeghem) heeft dan weer de draad met het leven nog niet helemaal opgepikt na zijn echtscheiding van veertien jaar en drie maanden geleden. De tragiek van zijn personage is die van een vader die zijn dochter die het veel te druk heeft en in het buitenland woont nog nauwelijks face to face ziet. Hij verkeert in een situatie waarbij hij haar onmogelijk via de telefoon kan uitleggen dat hij ongeneeslijk ziek is.

Maar het meest complexe én tegelijk hilarische personage is dat van Sofie. Carrièrevrouw maar kwetsbaar wanneer haar fiets gestolen is. Hoe ze in het districtshuis geraakt met de bus is een raadsel voor haar. Daarvoor heeft ze hulp nodig. Knap is de parallel die de regisseurs later trekken met de nieuwkomer die ook alles maar moet proberen uitzoeken en hulp nodig heeft. Sofie is de gedreven politica met kleine ideeën die ze groot wil verkopen. Maar echt geluisterd wordt er niet naar haar op een districtsraad. Het voor het zeggen hebben, doet ze dan maar in het huishouden en elders.

Maar haar man is ook op z’n carrière gesteld, en eigenlijk leven de twee naast elkaar. Haar bekommernissen: de scheur in de nieuwe lichtstraat boven haar peperduur parket die steeds groter wordt, de aannemer die de telefoon maar niet wil opnemen, haar man die de irriterende luide bel niet wil aanpakken, de kinderen ook,… die vragen hebben waar hun tablet ligt en of IS gaat winnen, die luid naar muziek willen luisteren,…  en ze met een “zet uw hoofdtelefoon” alvast het egocentrische pad laat bewandelen op jonge leeftijd. Decleir mag spelen met toonhoogte, met stemzetting en zichzelf constant onderbreken door constant van gespreksonderwerp te veranderen en later terug te komen op een vorige (wat ook eigen is aan de huidige tijden overigens). Zo switcht ze erg geloofwaardig in de manier waarop ze met haar man spreekt, dan weer hanteert ze een andere toon en gemakkelijkere woordenschat voor de kinderen terwijl ze opschepperig praat tegen vrienden over “de salade van lamsoor”, enz. Knappe regie overigens wanneer we haar zat zien worden terwijl Marc dat op café tegelijkertijd ook wordt. Beiden zijn op dat moment in gezelschap maar ook alleen tegelijkertijd. Hij uit ook een niet mis te verstane politieke boodschap: “het zijn altijd wij (de gewone man nvdr.) die verliezen vandaar dat ik tegen die verandering ben.”  

Sofie heeft zo veel aan haar hoofd, blijkt een erg slecht manager te zijn, en gaat dan ook finaal – héérlijk – door het lint wanneer de ene crisis (thuis) na de andere (op het werk waar inburgering meer op improvisatie van het moment blijkt uit te draaien dan op grondige uitvoering van weldoordachte beleidsmaatregelen) na de andere (in confrontatie met haar doelpubliek, de nieuwkomer) zich opstapelt. De vrouw wil te veel, is te ambitieus, en ziet geen prioriteiten meer in haar “to do”-lijstje waar echt wel banale dingen op staan.

De fietsendief toont treffend aan dat veel problemen, stress en crisissen voorkomen kunnen worden door de  dialoog aan te gaan in plaats van te kiezen voor eenrichtingsverkeer op vlak van communicatie en top down beslissingen. Sofie is het soort vrouw dat zo gedreven is dat ze een voorstel, een initiatief dat nog formeel goedgekeurd moet worden al extern als beslist gaat verkopen. Ze is het soort vrouw dat in haar eigen wereldje leeft en denkt dat ze zonder overleg het telefoonnummer van een medewerker zo maar op een infoblad kan zetten, dat ze zo maar van een ambtenaar kan eisen dat die na de kantooruren (van 17 tot 19u) fietslessen geeft en ter compensatie dan ’s morgens later aan de slag kan. Ze is dus het type dat zichzelf voorbij holt en de moeite niet doet om zich goed en volledig te informeren over paritaire comités om maar iets te zeggen en die vaststelt dat je weinig resultaat boekt bij een ambtenaar door iets door te drukken zonder hem eerst te consulteren of er nu een dreigement “we zullen uw functioneren opvolgen” aan gekoppeld is of niet. Dat maakt haar tragisch maar tevens o zo hilarisch tegelijkertijd en houdt een spiegel voor erg veel mensen voor, niet zelden vrouwen overigens, die het vaak uitroepen: “ik moet hier ook alles zelf doen hé!” al dan niet in combinatie met “ik heb geen tijd.”

Geniale voorstelling dus omwille van zijn tragiek, herkenbaarheid én humor. Met stip een van de strafste dingen die er dit seizoen qua theater te zien is.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter