PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie L´amour de loin

dinsdag 21 september 2010Vlaamse Opera Antwerpen

L´amour

De hoofse, onbereikbare liefde. Daarover gaan heel wat Middeleeuwse ridderromans. Het was ook de inspiratie voor de hedendaagse opera L’amour de loin van de Finse componiste Kaija Saariaho geïnspireerd op de fictieve biografie van de 12de eeuwse troubadour  Jaufré Rudel. Van die man zijn 7 gedichten tot op heden bewaard gebleven, waarvan 4 op muziek.

In de opera staat in deel 1 de zee (en in mindere mate ook de muur) centraal: scheiding tussen 2 werelden: die van het Oosten waar Clémence, gravin van Tripoli (in het huidige Libanon) woont en het Westerse Aquitaine in Frankrijk waar Rudel woont. In zijn liederen zingt hij over de ideale vrouw die hij maar niet schijnt te vinden. Tot een pelgrim hem vertelt over Clémence, die haar roots kende in het Westen. Hij wordt op haar verliefd, zij op hem en zijn liederen. Maar de afstand speelt hen parten. Rudel waagt het er op en zal naar haar toe varen. Hij wordt echter ernstig ziek en sterft in haar handen wanneer hij aankomt. De zee, en de pelgrim als verlengde, staat voor de afstand maar ook de emotie van het moment. Van rustig golvend tot dreigend en klotsend. Ideaal om visueel uit te beelden door bewegende doeken, draaibewegingen en muzikaal te omlijsten met symfonisch wervelende tussenspelen.

Visueel zit deze zeer stilistische, poëtische opera sterk in elkaar. Twee mimespelers vertellen het verhaal op een simplistische manier met schaduwspel. Elk van de 3 hoofdpersonages heeft zijn schaduw, een acrobaat die esthetisch mooie bewegingen maakt op het podium, en vaak ook in de lucht. Minpunt is dat je als toeschouwer zoveel visueel en muzikaal op je bord krijgt in het begin van de voorstelling dat het soms wat te veel is. Liever hadden we een druppelsgewijze introductie van die acrobatie gezien. Kiezen om naar een acrobaat te zien of naar de operazanger(es) leek ons soms een zeer moeilijke keuze, laat staan om dat ook nog eens tegelijkertijd mee te zijn met het verhaal.

De eerste drie bedrijven lezen dan ook als een zeer dromerig en fantasierijk stuk. Qua muzikale bezetting vallen ons vooral de vele idiofonen op die we te horen krijgen: vibrafoon, marimba, crotales, belletjes, glockenspiel, triangel,… zorgen voor die dromerige sfeer samen met houtblazers en violen. Ook, en dat is opvallend, is de plaatsing van piano en 2 harpen, centraal in de orkestbak. Zij mogen meermaals doorklinken in de orkestratie van Saariaho. De Finse zet daar dan percussie en kopers tegenover wanneer emoties als dreiging, angst of woede moeten vertolkt worden. Romantiek en drama dus, worden mooi opgedeeld in twee delen. Wie niet zo te vinden is voor acrobatie, en dat allemaal wat te druk vindt in deel 1, moet niet panikeren. Deel twee is op dat vlak zowat een tegenpool: veel minder dromerig . Liggen in het eerste deel vooral de focus op een uitmuntende Phillip Addis als Rudel en mezzosoprane Rachel Harnisch als de pelgrim, dan komt die in deel 2 meer te liggen op het sacrale en de zeer beweeglijke sopraanstem van Katherine Rohrer als Clémence. Verwijzingen in de tekst naar de Bijbel zijn er genoeg. Op zijn boot, onderweg naar Clémence sluipt de twijfel in Rudels hoofd. “J‘étais l‘Adam et l‘éloignement était mon paradis terrestre. Pourquoi fallait-il que je marche vers l‘arbre? Pourquoi fallait-il que je tende la main vers le fruit? Pourquoi fallait-il que je m‘approche de l‘étoile incandescente?” zingt ie net nadat hij ook de verwijzing naar de titel van de opera meegaf in “Aurai-je envie de chanter l‘amour de loin, quand mes yeux la contempleront de près et que je guetterai chacun de ses battements de paupière, chacun de ses plissements de lèvres, chacun de ses soupirs?”

Rohrer mag na het sterven van Rudel hoop, boosheid en ontgoocheling (tegenover God) en tenslotte de berusting op een overtuigende manier zingen. Het koor maant haar aan tot stilte wanneer ze haar ongenoegen uit. Het woord “silence” glijdt dan van enkele tonen naar beneden om te eindigen bij een langgerekte “s”. Gefluister dat we aan het einde van het eerste deel ook hoorden door het koor met de profetische woorden “Destin mortel”.

< Bert Hertogs >


L’ amour de loin voor Dummies – tekst: Piet De Volder (uit persmap L’amour de loin – Vlaamse Opera , p. 19)

L‘Amour de loin, de eerste avondvullende opera van de Finse componiste Kaija Saariaho (°1952), werd gecreëerd in 2000 op de Salzburger Festspiele in een regie van Peter Sellars en onder leiding van Kent Nagano. In de Vlaamse Opera beleeft de opera zijn scenische creatie voor de Benelux. Koen Kessels, dirigent van de productie in de Vlaamse Opera, assisteerde maestro Kent Nagano bij de creatie. Intussen componeerde Saariaho nog twee andere opera‘s, Adriana Mater en Emilie, waarvoor ze net zoals bij L‘Amour de loin, samenwerkte met de Libanees-Franse schrijver Amin Maalouf (°1949).

√ Voor deze opera vertrokken de componiste en haar librettist van het fictieve levensverhaal van de 12de-eeuwse troubadour Jaufré Rudel, prins van Blaye (Aquitaine).

√ Aan Jaufré wordt de ‘uitvinding’ van de ‘verre liefde’ (‘amor lonh’) toegeschreven, een bijzondere vorm van de middeleeuwse hoofse liefde. De verre, onbereikbare prinsessen die later in de Romantiek opduiken, zouden hun oorsprong vinden bij de Franse troubadour.

√ De hoofse liefde is de liefdescultus van een ridder of edelman voor een onbereikbare –doorgaans gehuwde– vrouw. De aanbidder creëert rond de aanbeden Dame een haast religieuze cultus. Het verlangen zelf wordt gekoesterd, gecultiveerd en bezongen.

Pelléas et Mélisande van Claude Debussy en St. François d’Assise van Olivier Messiaen waren twee belangrijke modellen voor Saariaho. Net zoals in deze opera’s sluiten de zangpartijen van L’Amour… nauwgezet aan bij de dictie van de Franse taal. Daarnaast zijn alle drie de opera’s contemplatief van aard met een focus op het mysterie van de liefde, in menselijke of religieuze zin. Saariaho’s muziek is ook door haar klankraffinement en veelheid aan timbres verwant met die van Debussy en Messiaen.

√ De zee als metafoor voor de afstand tussen de geliefden speelt symfonisch een belangrijke rol in de opera. De prachtige tussenspelen die de zee evoceren vormen zowat het tegengewicht voor Brittens Sea Interludes uit Peter Grimes.

√ Amin Maalouf, vooral bekend van Rovers, christenhonden, vrouwen-schenners: de kruistochten in Arabische kronieken, baseerde zich op het verhaal over Jaufré en Hodierna voor het Franstalige libretto van L‘Amour de loin. Hodierna heet bij hem Clémence. Een pelgrim fungeert als bode tussen de beide hoofdpersonages.

L‘Amour de loin geldt als één van de topwerken uit de hedendaagse opera.


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter