PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Sidi Larbi Cherkaoui - Damien Jalet - Eastman - Babel

woensdag 15 december 2010deSingel Antwerpen

Sidi

Sidi Larbi Cherkaoui en Damien Jalet leveren met Babel een knappe voorstelling af die opnieuw multidisciplinair is, maar de basis blijft dans uiteraard. Verwacht u niet aan een chronologische vertelling rond het Bijbelverhaal waar God het volk straft omdat het in zijn naam een toren bouwt. Wel staan de gevolgen van die straf omdat mensen zich verspreidden over de aardbol centraal in deze voorstelling. Verschillende talen en culturen ontmoeten elkaar en schuwen de confrontatie niet met communicatie van zijn elementaire basis tot high tech-vormen als bindmiddel. Communicatie die tot misverstanden, conflict maar ook verzoening kan leiden.

Multiculturele thema’s komen wel vaker voor in Cherkaoui’s werk. Met zijn achttien artiesten uit dertien verschillende landen die zeven religies vertegenwoordigen en vijftien verschillende talen spreken, ging het choreografenduo op zoek naar wat hen bindt en wat hen verschillend maakt. Gebarentaal lijkt dan ook de meest voor de hand liggende vertrekbasis. “Babel” vertrekt vanuit de verschillende dansers die elk hun eigen meter grond afmeten. Trom en percussie begeleiden de scherpe, vaak korte bewegingen in het begin van de voorstelling.

5 Metalen rechthoekige volumes begrenzen elk een ruimte. Ronduit hilarisch is Darryl E.Woods die in het Engels even een monoloog aanvat over architectuur. De man verwijst naar de vormen en prijst het ruimtelijk concept, het functionele van dit modulaire bouwwerk. Als u weet dat een toegangsticket voor deze voorstelling in deSingel ook gratis toegang gaf aan de tentoonstelling rond Renaat Braem die jawel ook concepten heeft rond modulair bouwen, dan krijgt zo’n scène opeens een extra dimensie. Andere termen die niet mochten ontbreken in Woods’ betoog waren de Gulden Snede en de Rij van Fibonacci. Afsluiten doet ie door te zeggen dat het zowel dik als groot is. Met “It’s hard to be down when you’re up” eindigt het overweldigend promopraatje. Of hoe het gezelschap even een eigen kijk geeft op letterlijk en figuurlijk “lucht verkopen”.

Christine Leboutte kuist de metalen frames. Zij is de grootmoeder in het geheel, die later ook de was ophangt. Een figuur die sympathie oproept én herkenbaar is over alle culturen heen. Wanneer ze gefouilleerd wordt eer ze het vliegtuig in mag, wordt ze schaamteloos helemaal betast. Zelfs grootmoeders worden in onze maatschappij al niet meer blindelings aanzien als betrouwbaar. Een vrouw met hoofddoek wordt kordaat gevraagd om haar tradities thuis te laten. Wanneer de grootmoeder na haar scan nog weigert in het vliegtuig te stappen en besluit om thuis te blijven, flipt de robotmens die door Ulrika Kinn Svensson schitterend gestalte wordt gegeven. Eerder wordt die pop opgeblazen om nadien snel leeg te lopen.

Elementaire neurologie wordt ons onderwezen door Woods die het heeft over motorneuronen en spiegelneuronen. Die laatste zorgen voor simulatiegedrag. Na al die wetenschappelijke en cleane uitleg, steekt de duodans in al zijn intimiteit sterk af. Vingertoppen staan centraal en worden naar elkaar gericht door het koppel dat rond elkaar beweegt.

Opgesloten in een kubus wil een ander danser uitbreken. Hij knalt tegen de beperkingen die de ruimte hem heeft opgelegd. Maar is het de ruimte wel die hem beperkt, of is dat het gevolg van wat hij in zijn hoofd gestoken heeft? Een ander artiest wandelt immers later, tot hilariteit van het publiek, gewoon door het volume. De toren wordt volume per volume in elkaar gestoken, en later ook neergehaald. De vijf volumes worden aan elkaar geschakeld in de verschillende windrichtingen en dat kruis wordt met de klok meegedraaid. Dansers wandelen eromheen, later lopen ze. Ze springen, en vallen dan weer. Hier en daar is een verwijzing naar breakdance niet ver weg. De scène eindigt abrupt met een vaak in opwarmingsessies van onder andere improvisatietoneel gebruikte methodiek “Sorry mijn fout”. Iedereen lijkt zich wel tegelijkertijd te willen verontschuldigen. Simulatiegedrag dus waarbij Woods opnieuw op de lachspieren mag werken: “Sorry it’s my fault. I used to be in this scene but I don’t want to run” zegt ie.

Met de handpalmen open vraagt het gezelschap om vergeving. Welke taal ook gebezigd werd, ook bij de allereerste vormen van communicatie door gebarentaal waren er misverstanden. Cherkaoui en Jalet staan stil bij de Belgische moderne dans uit de jaren ’80 waar de bewegingen vaak het tegenovergestelde van wat bedoeld werd, toonden. “Misschien moeten we terug naar de basis” zegt Francis Ducharme die zijn hemd uittrekt en in één beweging van homo sapiens naar een vroegere en ondertussen uitgestorven mensensoort, de oermens, verandert.

Het verleden komt oog in oog te staan met de toekomst: de robotmens in Ulrika Kinn Svensson. “I’m not afraid of tomorrow as I have seen yesterday” klinkt het emotieloos uit haar mond. Grappige vondst, is dat Ducharme opnieuw door het volume kan stappen en zo terug naar de hedendaagse tijd kan reizen. Daar aangekomen zegt hij tegen Svensson dat hij een pauze wil in de relatie tussen hen. Hij vindt haar nogal koud de laatste tijd.

Heel wat humor steekt dus in deze voorstelling. Woods mag de loftrompet over het Engels opsteken als dé wereldtaal en goochelt met cijfers en statistieken terwijl hij via een menselijke rolband van links naar rechts vervoerd wordt. Als een oorlogsmachine komt hij later op en haalt hij alles en iedereen neer. “Est-ce que je peux savoir qui a fait la choreographie?” vraagt een danser zich af.  De gebruikte humor heeft dus meerdere lagen, en is relativerend.  Knap is het daaropvolgende beeld van Woods als een enorme roofvogel met vleugels die een indrukwekkende spanwijdte hebben door de andere dansers. Een ultieme cultuurclash volgt in slow motion op de tonen van Latijnse polyfonische gezangen die het geheel nog extra beladen doet aanvoelen. Woods geraakt aan lager wal en bedelt. “1 euro for a coffee? I remember when English was the most widespread language. Does anyone speak English here?” vraagt hij aan het publiek dat hier best mee kan lachen. Uiteindelijk zullen alle personen als statische tentoonstellingsobjecten eindigen.   

“Babel” schittert én bulkt dus van de vele inhoudelijke, visuele en humoristische vondsten. Al was het voor ons even zoeken  naar structuur halverwege de voorstelling wanneer de 5 volumes in een kruis ronddraaiden en waar het choreografenduo precies naartoe wou. Niet alle overgangen tussen de scènes zijn immers even goed aan elkaar gelast, maar laat dat vooral detailkritiek zijn. Dit is een verbluffende voorstelling die er stáát.

Babel gezien op 15 december 2010 in deSingel. De voorstelling staat er nog tem 18 december 2010 maar is volledig uitverkocht. Inschrijven op een van de wachtlijsten is echter mogelijk.

< Bert Hertogs > 


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter