PDF-versie voor persoonlijk gebruik

Recensie Bounce: Insane in the brain

maandag 21 maart 2011Stadsschouwburg Antwerpen

Bounce:
Foto: Bounce

“Insane in the brain” is niet alleen een nummer van Cypress Hill. Het is ook de titel van een streetdancevoorstelling van Bounce die in 2006 het levenslicht zag. Het gezelschap baseerde zich daarvoor op “One flew over the Cuckoo’s nest” en combineert dus dans met theater.

De voorstelling volgt tamelijk trouw het verhaal rond Randle P. McMurphy (Joao Assuncao) die in een psychiatrische instelling wordt opgesloten om te zien of hij al dan niet toerekeningsvatbaar is. Hij komt er in een ijzerstrenge omgeving waar zuster Ratched haar boekje te buiten gaat en op sadistische wijze haar macht misbruikt. Het boek van Ken Kesey uit 1962 en de film uit ‘75 met Jack Nicholson lezen dus als een aanklacht tegen de psychiatrie uit de jaren ‘50, tegen machtsmisbruik en vrijheidsberoving.

Slechts enkele keren kan de groep van de vrijheid proeven. Een keer weten ze een bos sleutels te overmeesteren zodat ze kunnen ontsnappen. De andere keer kunnen ze de prostituee Candy, een vriendin van McMurphy in de instelling met drank binnenkrijgen.

Een dankbaar thema dus voor streetdance, een dansvorm die zich vooral op straat manifesteert en zich in zekere mate afzet tegen de beperkingen en de verbodsregels in de maatschappij. Heel wat jongeren die thuis soms (veel te) kort worden gehouden, herkennen zich daarin op een moment dat ze hun vleugels willen uitstrekken en zich ontplooien. De productie koos Libertango van Piazolla als nummer om dat mee uit te drukken. Een nummer waar McMurphy en Ratched apart op dansen. 

Joao Assuncao zet overtuigend McMurphy neer die aanvankelijk nog zit te dollen met alles en iedereen. Wanneer hij bij een rolstoelpatiënt is aanbeland zegt ie “Ha, this must be the vegetable department.” Oefening in klassiek ballet op muziek van Johan Liljedahl krijgt het gezelschap verplicht voorgeschoteld terwijl ze allemaal uit zichzelf willen breken in een meer energetische dansvorm. McMurphy zet zich hier tegen af maar zal geleidelijk aan deels mee in het gareel (moeten) lopen.

Al van bij het begin wordt de conflicttoestand sterk in de verf gezet. Ook de beperkingen in elke rol worden zo goed mogelijk omgezet in dans. Zo zien we McMurphy met de rolstoelpatiënt een choreografie doen waarbij beiden volledig met de handen op krukken steunen en hun benen in de lucht houden. Bianca Fernström is Miss Martini, die steeds naar het toilet moet wanneer het daar nog niet de tijd voor is.  Ook laat ze haar broek wel eens afzakken en zien we haar shirt naar boven gaan.

Sterke momenten in de voorstelling zijn onder andere de vlucht in een bioscoopzaal. Dan komen de dansers ook in de zaal en gaat het er chaotisch aan toe. Knap is de stomme film die we voorgeschoteld krijgen, waar beweging in al zijn facetten sterk tot uiting komt. Mannen sluipen een chique huis in. Wanneer ze de eetkamer betreden moeten ze onder tafel kruipen wanneer meneer en mevrouw binnenkomen en de ober de maaltijd serveert.  In tegenstelling tot wat er in het filmpje gebeurt, worden McMurphy en co wél opgepakt.  Drie van hen worden aan een muur gehangen. Daar bootsen de dansers de elektroshocks na door zeer hoekig te bewegen op de tonen van System of a down’s “P.L.U.C.K” en Meat Bet Manifesto’s “Prime Audio Soup”.  Gezekerd aan een elastiek brengen ze een sterke choreografie op die muur die zelfs dicht aanleunt bij acrobatie en het betere stuntwerk.

Jens Jeffrey Trinidad mag als Billy Bibbit dromen van vrouwen. In het donker zien we dan vrouwelijke neonsilhouetten bewegen op DJ Krush “Coffee Talk” en “Nightclub Snap” van Extreme Music. Hilarisch wordt het wanneer een danser een opblaaspop manipuleert terwijl we “Hello” (is it me you’re looking for?) van Lionel Richie horen terwijl Trinidad als Bibbit ernaartoe stapt.

Candy zorgt voor een groots feest onder de patiënten met haar drank. Juffrouw Martini kan loos gaan op “Maniac” en “Fame”, een vette knipoog naar het musicalgenre.  En Bibbit mag voor het eerst in zijn leven de droom omzetten tot de daad terwijl we The Trunk Scene van David Holmes horen. Candy en Bibbits seksscène wordt met de kleren aan uitgevoerd. Slim bekeken van de productie om met rood tegenlicht te werken zodat we zwarte silhouetten te zien krijgen. De bewegingen en de omgeving (een stelling) houden het zeer realistisch.

Maar het sterkste staaltje lichttechniek en dans zit vooraan in de voorstelling tijdens een knappe choreografie met bedden. Boven elk bed hangt een lamp die snel aan- en uitgaat terwijl de danser een beweging uitvoert. Het begint allemaal met 1 patiënt die constant rechtveert om de bedrand af te meten en controleren met zijn arm en hand. Die repetitieve beweging vloeit uiteindelijk voort in een knappe choreografie met de anderen. Zo veert er een op en neer op het bed, dan weer controleert ie de lengte van de bedleuning, om verder te springen of poses aan te nemen en blijft elke danser zijn karakter nog trouw ook.

Bibbit pleegt zelfmoord wanneer hij betrapt wordt met Candy. En ook McMurphy wordt finaal gestraft door een lobotomie waarna hij nooit meer dezelfde zou zijn. Chief Bromden (Suad Demirovic) kan het niet aanzien dat zijn vriend nu zelf tot de “plantenafdeling” behoort en doet hem stikken in zijn hoofdkussen waarna hij op de vlucht slaat.   Na de voorstelling horen we “Always look on the bright side of life” door de luidsprekers. Een straf toeval omdat de musical Spamalot in deze Stadsschouwburg moest uitwijken naar Gent voor deze dansvoorstelling. Maar het nummer is zeer welgekomen na 80 minuten om ons wat suiker mee te geven na dit behoorlijk donker en bitter einde.

Minpunt van de voorstelling zit helemaal vooraan de voorstelling waar wat theater en dus tekst aan te pas komt. De productie investeerde niet in zendmicrofoons zodat alles wat gesproken is niet versterkt wordt.  Dat contrasteert te veel met de stevige beats. Maar het thema leent zich wél perfect tot streetdance met onder andere knappe hiphop, breakdance, popping, locking , b-boying, b-girling en krumpingmomenten. De vele jongeren in de zaal genoten er samen met ons van en gaven een stevig applaus achteraf. Sommigen veerden ook uit hun theaterstoel om het gezelschap een ovatie te geven.

< Bert Hertogs >


Do you like our reviews and pictures?
Feel free to support concertnews.be by sharing this page or giving a donation.
You make an independent website like ours possible. Thanks!







Geef steeds in je comment mee op welk artikel je reageert.
Please put in your comment to which article you are responding.

Tabs Concertnews.be

News
Soon
Reviews

More news

  • Podcast
  • Facebook
  • Twitter